Dat ons droomhuis in Leimuiden – en daarmee een zee aan ruimte voor ons en onze kinderen – niet door gaat, is inmiddels bekend (zie eerder blog). Terwijl wij daar nog altijd met een even zo wrang en verdrietig gevoel aan terugdenken, proberen we vooruit te kijken naar de tijd die komen gaat. Met z’n vieren zien te (over)leven in ons huisje in Amsterdam, van niet meer dan 58m2.
Voor wie de afgelopen weken naar het EK beachvolleybal gekeken heeft, 58m2 is nog minder dan de helft van zo’n beachvolleybalveld. Minder dan één speelhelft van 8 bij 8 meter die twee beachvolleyballers samen verdedigen. Voor ons alle ruimte die wij straks met z’n vieren hebben om te leven, te slapen, te badderen, eten te koken, de was te drogen en niet onbelangrijk (al) onze spullen te bewaren.
Oké, oké. Zó erg als ik het hier schets is het in werkelijkheid natuurlijk niet, al is het wel de realiteit. Er zijn immers meer dan genoeg gezinnen in een stad als Amsterdam die het met een evengrote ruimte moeten doen, soms met nog meer kinderen. Laten we blij zijn dát we een huis hebben en nog wat langer in Amsterdam blijven wonen is ook niet persé heel vervelend. Maar goed, neemt niet weg dat het voor ons vervelend is, gezien het feit dat wij financieel gezien prima in staat zijn om onszelf en onze kinderen meer leefruimte te gunnen. Waar je op een bepaald punt in je leven wel aan toe bent. Wat zeker ook fijn was geweest nu er een verlof van 4 maanden aan zit te komen, waarin je 24/7 met die te kleine ruimte en teveel spullen moet zien te dealen.
Gelukkig hebben we de luxe van een tuin van zo’n 30m2. Gedurende de zomermaanden vergroot dat wel degelijk je leefruimte. Komend winter als onze tweede spruit op komst is, hebben we daar helaas niet zo heel veel aan. We moeten het doen met een doucheruimte die te klein is voor een babybadje, twee slaapkamers met nauwelijks ruimte voor een wiegje, een keukentje die te klein is voor extra apparaten als een flessenwarmer en dan nog alle spullen die je nodig hebt om een baby met plezier groot te brengen, zoals een box, speelkleed, wipstoeltje, kinderwagen en ga zo maar door.
Hoogste tijd voor een oplossingsmodus..
Voor wie er niet mee bekend is, in een tijd van verhuizen zijn bananendozen je beste vriend. Mega stevig, compact om te dragen, goed te stapelen en gratis op te halen bij de supermarkt. Eerder deze week haalde ik er dan ook weer 6 in huis, om wat overtollige spullen in te pakken. Niet de eerste 6, maar doos 49 t/m 54 om precies te zijn. Ons huisje is namelijk niet alleen de komende periode te klein, er staan al 48 verhuis- en bananendozen met spullen opgeslagen. Plus nog een hoop losse spullen en meubels, waarvoor we nu al ruim een jaar geen ruimte voor hebben. Alle dozen zijn genummerd en op een lijstje houden we precies bij wat er in elke doos zit. Zo kan ik in elk geval af en toe eens teruglezen wat we ook alweer aan spullen bezitten, maar waar we nu even voor langere tijd niet bij kunnen.
Go, Go Banana!
Het blijft niet alleen bij het afvoeren van nog meer spullen, we proberen ook creatief te zijn in het vinden van oplossingen. Zo weet ik inmiddels dat er wiegjes zijn die je aan het plafond kunt ophangen, opvouwbare badjes en zogenaamde babystapelbedjes waar Jelle onderin kan liggen en de kleine straks bovenin. Kan ik mezelf eindelijk dwingen om kleren die ik al zeker 5 jaar niet draag, eens weg te gooien. En weerhoudt het je om nog meer spullen te kopen dan strikt noodzakelijk is.
Het gaat ook heus wel passen, we hebben geen keus. Toch hoop ik snel op een meer structurele oplossing en hopen we beiden dat deze zich nog voor oktober aandient. Tot die tijd zijn alle tips op het gebied van klein wonen met kids, meer dan welkom!
Geef een reactie