Dat afscheid nemen niet eenvoudig is, zeker als het om je moeder gaat, daar was ik inmiddels achter. Dat rouwen lastig is in de drukte van een huishouden met jonge kinderen, is ook duidelijk. Maar er was nog een factor, er heerste Corona, waardoor het afscheid wat al moeilijk was, ook nog de nodige beperkingen met zich meebracht.
De beperkingen thuis
Zo’n 3 maanden na de eerste Corona-uitbraak werd de ziekte bij mama zichtbaar. We hadden elkaar in die drie voorbije maanden weinig gezien. Aan het begin kwamen m’n ouders nog een enkele keer oppassen, maar ze werden van de een op de andere dag onbegrijpelijk angstig, terughoudend en onduidelijk in hun communicatie. Ze wilden ineens niet meer komen. Terwijl wij niemand zagen, in onze eigen bubbel leefden, juist om ervoor te zorgen dat ze konden blijven oppassen. Toch moet je, als het om Corona gaat, respect hebben voor andermans besluit en diegenen zeker niets verplichten. Achteraf weten we dat er (ook) een andere angst en oorzaak schuil ging achter dat gedrag.
In de periode van mama’s ziekte bleef Corona huishouden. De regels werden steeds strenger, we vreesden voor een volledige lockdown, waarbij mijn zus en ik zelfs serieus het scenario doorgesproken hebben, waarbij een van ons voor langere tijd bij onze ouders zou gaan logeren. Uit angst dat we ze helemaal niet meer zouden kunnen zien en vooral om te voorkomen dat onze vader alleen voor de zorg voor mama zou komen te staan. Gelukkig is het nooit zo ver gekomen.
Wel kwamen we in een situatie waarbij het onmogelijk was om de geldende Coronaregels na te leven. Aan het bezoekersregime van maximaal 1 persoon, het advies van 1,5 meter afstand en geen persoonlijk contact, hebben we ons zelf nooit gehouden. Daarvoor was de noodzaak voor intensieve zorg te hoog, zeker toen we eenmaal doorhadden hoe snel mama achteruit ging. En ook hadden we elkaars nabijheid te hard nodig om deze periode door te komen. Wel waren we voorzichtig als andere familieleden die ingeroosterd waren symptomen hadden en deden ook wijzelf er alles aan om zelf niet besmet te raken. Dan zouden we mama immers 2 weken niet meer kunnen zien en daarvoor ging haar fysieke achteruitgang veel te snel.
Vervelend was wel dat we nergens naar toe konden in de tijd dat ze nog enigszins mobiel was. Terwijl we al zo beperkt waren en mama voor zo weinig vermaak open stond, was er geen mogelijkheid voor uitjes naar musea, de dierentuin of een terras. Alles was gesloten. We mochten zelfs niet mee naar belangrijke afspraken in het ziekenhuis, of als compleet gezin aanwezig zijn bij belangrijke gesprekken met de dominee en de huisarts.
Restricties in het verpleegtehuis
Liefst hadden we mama thuis gehouden, om te voorkomen dat een verpleegtehuis waarin ze terecht zou komen gesloten zou worden vanwege een Corona-uitbraak en we haar voor langere tijd niet meer zouden kunnen zien. Anderzijds leek de omgeving van een verpleeghuis mij ook veiliger, dan de kans op besmetting door alle (mantel)verzorgenden aan huis. Toch konden we er niet aan ontmoeten dat ze op een dag moest vertrekken.
Hoewel we nog relatief veel vrijheid voelden bij het inrichten van mama’s kamer, was de bezoekregeling die daarop volgde zeer beperkt tot maximaal 1 persoon per keer, maximaal 2 personen per dag. We mochten niet in de huiskamer komen, niet meehelpen met eten koken en activiteiten, wat tot de periode daarvoor wel mocht. Het enige wat mogelijk was, was op haar slaapkamer zitten en televisie kijken, een boek lezen of muziek luisteren, of met de rolstoel een rondje buiten wandelen of door de gang. Doordat mama zelf nauwelijks meer kon communiceren, waren de bezoekjes waarbij alles op jouw initiatief en communicatie aankwam, daardoor zwaar en belastend. Achteraf zagen we er ook het mooie van in, dat je gedwongen was de tijd alleen met haar door te brengen en je niet afgeleid kon worden door andere bewoners of andere bezigheden tijdens je bezoek.
Hoewel het verpleegtehuis zo veilig leek, brak ook daar Corona uit en zelfs mama kreeg Corona. De verzorging kreeg het zwaar en de vaste verpleging viel uit, waardoor duidelijke communicatie naar ons toe ontbrak. Het was onduidelijk of we in die periode bij mama op bezoek mochten, maar in de angst van Corona leek ons dat onwaarschijnlijk. De berichtgeving deed toen nog vermoeden dat mama er niet al te zwaar onder leed, dus accepteerden we de situatie. Tegelijkertijd had ook papa Corona en was hij sowieso uitgesloten van bezoek. We overwogen videobellen, maar dat zou voor mama alleen maar frustrerend kunnen zijn geweest, omdat er vanuit haar geen communicatie meer mogelijk was. Ook een raambezoek leek ons eerder negatieve dan positieve emoties te veroorzaken. Dus gingen we een tijdje niet.
Totdat het een week of twee later Kerstavond was en zowel m’n zus als ik dringend de behoefte kregen om wel langs te gaan. Echter zouden we onze schoonouders zien (hoe belangrijk was dat, denk ik later), die even kwetsbaar waren en stelden het bezoek uit tot Tweede Kerstdag. Vanaf toen was de situatie in het verpleegtehuis compleet veranderd. Je jas moest in de kast, we moesten schorten voor, een mondkapje, veiligheidsbril op en handschoenen aan. Na afloop van je bezoek moest je liefst een compleet nieuwe set kleding aan, om het virus niet verder te verspreiden. Het voelde alsof je een zwaar geïnfecteerde omgeving betrad. Je had ook altijd het gevoel dat je daar beter niet te lang kon blijven.
Er liep continu ander personeel rond, die mij met regelmaat aanzagen als een van hen: “goh, waar sta jij vandaag?”, vroegen ze dan. Waarop ik zei: “ik kom m’n moeder bezoeken”. Ik vrees dat ook de zorg voor mama in die periode veel te kort schoot, maar tijd om er een rustig gesprek over te hebben, was er niet. De verpleging liep op hun tandvlees en liet duidelijk merken dankbaar te zijn dat we langskwamen, ongetwijfeld omdat ze zelf de zorg voor mama niet meer aankonden. Ze vroegen ons haar eten te geven, terwijl ze al bijna niet meer at. Het was dan wel m’n moeder waar ik alles voor wilde doen, maar eten geven aan iemand die nauwelijks nog kan bewegen en doodziek op bed ligt, hoe doe je dat? Ik kan baby’s voeden, maar heb nooit een opleiding tot verpleegkundige of ouderenverzorger gehad.. Tegelijkertijd merkte je dat ook de verpleging zich net zo goed geen raad meer wist.
Het minimale afscheid dat volgde
Mama was enorm achteruit gegaan in de periode dat we niet langs konden vanwege Corona. De berichtgeving van de verpleegsters was wisselend. “Ze heeft het flink te pakken gehad”, zei er één. Terwijl de dagverslagen waar we in de periode ervoor inzage in hadden, geen verontrustende signalen hadden gegeven. Op 28 december, de eerste dag waarop ik mama weer zag na onze afwezigheid vanwege Corona, zat ze nog in een rolstoel. Volledig ingepakt zat ik naast haar op de grond. Ik had haar hand vast, mijn hand verpakt in een handschoen. De vrees rondom Corona heerste, dus je hield toch afstand. Een kus of een knuffel ging en durfde je niet meer, ik hoop dat ze ons überhaupt herkende met veiligheidsbril op en mondkapje voor. Vier dagen later ging ik opnieuw langs, toen lag ze in bed, waar ze twee dagen later overleed.
En dan volgt een afscheid in tijden van Corona. Gelukkig was het verpleegtehuis meewerkend, toen we vlak na haar overlijden langs gingen. Ineens stonden we daar met 5 volwassenen in de kamer. De beschermende middelen gingen af, want tsja, een situatie erger dan dit was haast niet meer mogelijk. Het maakte me op dat moment ook niet meer uit wat er nog zou kunnen gaan gebeuren. De vraag was ook, was ze op dat moment nog besmet? En hoe erg was de situatie in het verpleegtehuis nog? Het maakte niet meer uit. We hebben later nog wel eens gedacht, moeten we het gesprek met de verpleging nog aan gaan, over de laatste periode van mama daar? Wil ik weten hoe erg de verzorging tekort schoot door de overbelasting, wil ik ze erop aanspreken dat niemand nog wist hoe ze mama verzorgen moesten en alle communicatie daaromheen uitbleef? Dat ze papa de laatste avond voor haar overlijden naar huis stuurden, terwijl ze doodziek op bed lag? Dat ze haar overlijden simpelweg niet aan zagen komen, vanwege het gebrek aan kundig personeel? Hoe is de laatste nacht voor haar geweest? Nee. Ik ben bang voor nare verhalen, wat mij niet meer berusting geeft.
En dan volgt het regelen van de uitvaart met alle beperkingen van dien. Videobellen met de uitvaartbegeleider en minimale begeleiding op afstand. Mama mocht vanwege Corona niet thuis opgebaard worden, wat in het begin voor woede bij vooral m’n vader zorgde, maar achteraf een goed besluit bleek. Het duurde meer dan een week voordat er plek was voor de uitvaart, wat ons ook in positieve zin rust en ruimte gaf voor bezinning en het afscheid. Het meest lastige was het opstellen van de gastenlijsten. Getallen die je niet zo gauw meer vergeet: 55 mensen per tijdsslot bij de condoleance, 70 mensen bij de kerkdienst, 55 mensen bij de nazit en 15 mensen bij het laatste afscheid. We hadden nog geluk, want niet veel later werden de restricties nog groter. Bij de condoleance moest er afstand gehouden worden en de genodigden droegen een mondkapje. In de kerk mocht niet gezongen worden, maar gelukkig was de dienst wel op afstand te volgen, waar ruim 200 huishoudens gebruik van gemaakt hebben. Toch had ik veel liever die ruim 400 mensen in de kerk zien zitten, want mama was zo geliefd.. zo sociaal.. en zo hulpgevend..
Toch brengt Corona en de huidige lockdown ook voordelen. Er zijn geen activiteiten of plaatsen waar je verplicht naartoe moet en je op sommige momenten weghaalt uit je rouw en je verdriet. Ik werk verplicht fulltime vanuit huis, dus geen ongemakkelijke ontmoetingen met collega’s op het werk en als werken een dagje niet gaat, is dat ook geen probleem. Het niet moeten en het tijd kunnen nemen is fijn. Het enige wat zo snel mogelijk terug mag komen zijn de knuffels met vrienden en familie. Want rouwen voelt al zo eenzaam…
Mooi en precies verwoord Dees, zo is het gebeurd. We hebben alles gedaan wat mogelijk was. Daar moeten we mee verder leven.
LikeLike