“Je hebt wel pech met Mees. En Mees heeft ook pech.” zei mijn verloskundige, toen ik gisteren voor de laatste controle bij haar langs ging. Ze had nog maar weinig moeders na 6 weken in een toestand als de mijne gezien.
Vanaf dag 1 is Mees al onrustig, zowel overdag als tijdens de nachtelijk uren. “Hij is pas een paar dagen/weken oud”, werd er aldoor gezegd. “Het is normaal, geef het de tijd”. Toen Mees 4 weken oud was vond ik dat we wel genoeg geduld hadden gehad en het gemiddelde van 4 uur slaap in een nacht niet langer acceptabel was.
We hadden alles geprobeerd. Van nachtelijke baddersessies tot druppels tegen buikkrampen, inbakeren en wiegen op de onderarm. Niets hielp en Mees bleef urenlang onrustig, waarbij je hem in geen enkele houding ontspannen vast kon houden en er meestal niets anders op zat dan hem aan de borst leggen om ‘m rustig te krijgen. Omdat je met te vaak aanleggen vaak nog meer krampjes veroorzaakt, zaten we in een vicieuze cirkel en begon ik zo onderhand te veranderen in een melkkoe. De fles accepteerde Mees niet en een speen al helemaal niet.
Bij het consultatiebureau zei onze verpleegkundige: “ik mag het eigenlijk niet adviseren, maar een osteopaat schijnt wel te helpen”. Nog dezelfde dag pakte ik de telefoon en heb ik wel 10 praktijken gebeld om er een te vinden waar we met spoed terecht konden. Een dag later kon ik om 8 uur in de ochtend terecht bij een praktijk in Amstelveen. Prima, als je toch geen oog dicht doet ’s nachts, kun je in de vroege ochtend net zo goed in een ruk door in de auto stappen…
Met een beetje hulp van vriendlief die me tot 3 keer toe wakker moest porren, zat ik die ochtend – met nog half dichte ogen door de slaap – op tijd in de auto.
Na wat algemene controles, viel het ook de osteopaat op dat Mees een opvallend dikke buik had. Die scheen dan ook voor 3/4 vol te zitten met lucht. Voornamelijk veroorzaakt door het feit dat hij richting z’n navel perst ipv richting z’n poepgaatje, waardoor hij het merendeel van de lucht en andere minder smakelijke ingrediënten vast houdt. De arme drommel. “Het is tijd om hem opnieuw te leren poepen”, zoals de osteopaat zei. Duidelijk ook, waar al dat gekreun, gepers en gekronkel vandaan kwam. Mees had bijna onophoudelijk last van krampen.
In de week die volgde gingen we aan de slag met wat oefeningen van de osteopaat en bezocht ik ook een lactatiekundige. Die constateerde dat Mees oververmoeid was, en ik ook. Zoveel mogelijk laten slapen, was het advies. Tsja, als dat eens zo makkelijk was… Daar kwam bij dat Mees een keer of drie sterker lijkt te zijn dan de gemiddelde baby, waardoor de oefeningen (het tegenhouden van z’n overstrekkingen) een hele opgave was. Zeker voor een moeder die zelf ook oververmoeid is.
Op zoek naar rust en regelmaat
Het is de heilige graal voor kersverse moeders, waarbij het gelijknamige boek van Ria Blom ongetwijfeld bij menig ouder op het nachtkastje ligt. Alles op alles zetten om ervoor te zorgen dat je baby zo snel mogelijk in een dusdanig ritme belandt qua voeding en slapen, zodat je weer wat tijd voor jezelf kunt hebben. Waarbij je weet wanneer het tijd is om te voeden en er vanuit kunt gaan dat je baby tussen de voedingen door zeker een uur of twee slaapt.
Zo liep dat bij Mees dus helaas niet, waardoor je in een overlevingsmodus terecht komt om elke nieuwe dag door te kunnen komen. Het is bijzonder om te merken hoe relatief gemakkelijk je als moeder toe kunt met weinig slaap op het moment dat je baby je nodig heeft. Al komt ook daar na een week of 4 doorhalen echt een einde aan en moet er – zeker als je ook nog een eigenwijze peuter rond hebt lopen – serieus naar hulp gezocht worden.
Nieuw jaar, nieuwe kansen
Het nieuwe jaar is aangebroken, wat een positief effect op Mees blijkt te hebben. Op oudejaarsavond begon de verandering, toen Mees ineens uren achter elkaar door sliep en wij wonderbaarlijk genoeg, op ons gemakje met vrienden het nieuwe jaar in konden luiden. Het bleef niet bij één avond, want de volgende dag dronk Mees ineens voor het eerst fatsoenlijk een fles leeg én sabbelde hij voor zeker een kwartier aan de speen. Geloof mij, dat zijn hele overwinningen!
De stijgende lijn zet door, nu we Mees op z’n buik laten slapen en hem steeds vaker de fles geven. Hopelijk lukt het om de laatste 3 weken van m’n verlof van Mees te gaan genieten, nu hij niet alleen maar aan het huilen, kreunen en verkrampen is en hij op zijn beurt ook eens tegen het gezicht van een blije moeder aan kan kijken als hij in m’n armen ligt.
Geef een reactie