Je zal later maar eens terugdenken aan deze tijd. Je kleinkinderen erover vertellen. Deze vreemde wereld vol met regels en beperkingen. Alles om maar te voorkomen dat je geïnfecteerd wordt met dat onvoorspelbare en ongrijpbare COVID-19 virus, beter bekend als ‘Corona’.
Het was maart 2020, we kwamen net terug van de wintersport en werkten van het ene op het andere moment allemaal thuis. Ook de kinderen waren vaak thuis, soms wel een paar maanden. In die tijd gingen we bij ons thuis vrij strikt met de regels om, toen mijn moeder nog niet hersenziek was (wat achteraf toch wel zo bleek te zijn). Alles in de hoop dat ze zou blijven komen oppassen in onze ‘bubbel’, maar ze kwam niet. Vanaf het moment in juni 2020 waarop ze zei dát ze ziek was, lapte ik veel regels aan m’n laars. Ik moest er voor haar zijn, voor m’n vader en wilde zeker ook m’n zus blijven zien en niet veel later ooms en tantes die de hoognodige hulp boden in de mantelzorg. Gelukkig bleef het virus ons (op dat moment nog) bespaard.
Toen vriendlief in de zomer van 2021 uit onverklaarbare bron Corona kreeg, was dat een ding. Je voelde je schuldig en haast onnozel dat je als gezin Corona opgelopen had, durfde het dorp niet door uit angst dat iemand je zou zien en íedereen keek verwijtend jouw kant op. Niet heel lang geleden was je immers nog met ze in contact geweest, stond je op het schoolplein of was je aan het sporten. Zat je daar, met gevoel van schaamte met je gezin in quarantaine. En dat terwijl de kinderen niet lang daarvoor ook al maanden verplicht thuis hadden gezeten.
Nu is dat wel anders, is er volop medeleven en zijn de beterschapswensen niet aan te slepen, want onderhand heeft iedereen die vervelende quarantaine al wel eens doorgemaakt. En overkomt het je, doen sommigen zelfs hun best om besmet te raken, zodat zie die (volgens hun) onnodige vaccinaties niet hoeven.
Werd Oostenrijk mij nu ook fataal?
Buiten het feit dat vriendlief Corona had, wij uitsluitend gescheiden sliepen maar elkaar verder in huis bleven zien, wist het virus mij en de jongens destijds niet te raken en al die tijd erna ook niet. Totdat ik vorige week naar dat misschien toch gevreesde Oostenrijk ging, waar de pandemie in Europa ooit begon, en ik tamelijk ziek werd. Koorts, veel hoofdpijn en last van m’n luchtweg. Inmiddels eet ik al bijna 4 dagen niet, is een loopje van de bank naar de keuken me al teveel en passeren zo nu en dan ook andere kwalen de revue. Hoewel ik inmiddels 2 negatieve zelftesten heb liggen, gaat deze hardnekkige griep niet over en kan ik wel zeggen dat ik nog nooit zo ziek geweest ben. Een ritje naar de teststraat van de GGD is me deze dagen zéker teveel. Misschien is het een uiting van de 2-jaar durende uitputtingsslag die achter me ligt, met als allerdiepste dieptepunt het overlijden van mama. Misschien blijkt het morgen na 5 dagen tóch Corona te zijn, we gaan het morgen wellicht zien.
Gisterenavond dacht ik aan de betere hand te zijn, want morgen staat er onderhand écht wat werk te wachten én een volleybalwedstrijd waarbij het team met mijn afwezigheid toch wel met wat (te) weinig spelers overblijft. Ik deed dus een dappere poging om weer wat in beweging te komen, een klein hapje te eten en de jongens in bed te leggen.
Maar toen volgde de nacht…
Het was half 9 toen ik vanavond in bed stapte. Het was een rustige avond, maar om 01:00 uur hoorde ik mijn oudste zoon roepen, die ook al 2 dagen met koorts thuiszit. Hij heeft een enge droom en het lukt hem niet om daaruit te komen. Terwijl ik hem wat tips geef, zoals denk aan je leukste vakantie of een avontuur met Paw Patrol, worstel ik de anderhalf uur erna zélf om überhaupt tot dromen te komen en voel ik me langzamerhand toch weer zieker worden. Ik lig te piekeren over alles wat komende dagen op de planning staat. Activiteiten waar ik bij móet zijn en wat ik eventueel toch kan afzeggen en bedenk zelfs al een verontschuldiging voor mijn aanstaande afwezigheid.
Inmiddels is het een uur of 2. Als ik opnieuw een tijd wakker lig besluit ik schaapjes te gaan tellen. Als vanaf schaapje 75 elk schaapje in gedachten in een ravijn stort, na een sprong over het bekende hekje, bedenk ik me dat dit misschien niet de juiste strategie tot slapen is. Ik besluit naar m’n ademhaling te gaan liggen luisteren. Gewoon liggen, ademhalen en daarnaar luisteren. Meer is het niet. Blijkbaar werkt het, want om half 3 word ik opnieuw gewekt door zoonlief die naar de wc moet. Ik sliep dus even, ergens tussen 2 en half 3.
En weer begint het piekeren opnieuw. Tegelijkertijd begin ik me ook steeds beroerder te voelen, terwijl het gisterenavond wel oké ging. Onderhand zijn alle afmeldplannen dan ook al uitgedacht, is er een actielijst voor dat wat ik morgen écht moet doen en heb ik zelfs al gepiekerd over het feit dát ik zo lig te piekeren. Het gekke is, je komt er eigenlijk pas na een tijdje piekeren achter dat het piekeren hetgeen is wat je wakker houdt en je daar toch echt mee moet stoppen om in slaap te kunnen vallen.
Ondertussen heb ik al enkele keren water gedronken, zelfs al m’n tanden opnieuw gepoetst, omdat ik door de koorts niet de meest fijne smaak in m’n mond heb. M’n lippen doen steeds meer pijn, dus daar zit inmiddels de nodige vaseline op. De pot staat bij m’n hoofdeinde, net als een grote fles water. Zo, dat zou toch beter moeten gaan.
Ik lig nog wakker tot zeker 3 uur en word een half uur later opnieuw gewekt. Nu door m’n jongste zoon. Die wil bij mama liggen. Met m’n koortshoofd weet ik hem toch te overtuigen dat mama nog te ziek is en zelfs papa om die reden op zolder slaapt. Hij accepteert het en slaapt verder. Ondertussen voel ik z’n warme buikje en hoor ik hem hoesten. Een zorg erbij. We zullen inmiddels toch niet alle drie Corona hebben? Dat wordt massaal testen morgen, maar zoveel zelftesten hebben we niet meer in huis..
Na opnieuw het rijtje af te zijn gegaan: m’n werk dat morgen ligt te wachten, die volleybalwedstrijd, een etentje met collega’s donderdag wat me eigenlijk nu al teveel is, klussen met m’n vader en een tenniswedstrijd op vrijdagavond.. Na alle mogelijke houdingen in bed geprobeerd te hebben: onder de deken, half ernaast. Op m’n zij (nee, dan liggen m’n warme benen tegen elkaar), buik (nee, krijg ik buikpijn van), rug (nee, heeft nog nooit lekker gelegen), diagonaal, ben ik van een ding zeker: ik ben blij dat vriendlief nog even niet naast me ligt in dit bed.
Nu is het rust, of toch niet?
Ik lig uiteraard nog een tijdje wakker, luister weer naar m’n ademhaling, maar voor de slaap de kans krijgt, hoor ik iets voor vijven m’n jongste zoon opnieuw. Ik breng ‘m bij vriendlief op zolder, want op deze verdieping is de hulp even klaar…
Na de zoveelste poging tot slapen, blijft de nacht zich in m’n hoofd herhalen en besluit ik deze horrornacht eerst maar eens uit m’n hoofd te schijven. Het is nu 05:21 uur. Het is ongetwijfeld weer vroeg dag, dus ik doe een laatste poging voor wat nachtrust en morgen zien we wel weer verder. Ik heb in elk geval 1 ding overgehouden aan deze horrornacht: een verhaal voor later, als we denken: Corona? Wat is dat?
Ach mijn lieve schat, wat maak jij toch veel mee in zo’n nacht, waarin je juist aan moet sterken, maar daar de gelegenheid niet voor krijgt… Wat kunnen we voor je doen? is de eerste gedachte..
LikeLike